Windhandel in tulpenbollen
In het begin konden alleen heel rijke mensen tulpen kopen. Het was dan ook heel deftig om tulpen in je tuin te hebben. Vooral gevlamde en gestreepte soorten waren in de mode. En wat gebeurde er? De prijzen schoten omhoog!
Veel mensen zagen het wel zitten om snel geld te verdienen. Ze waagden een gokje en gaven soms al hun bezit voor één enkele bloembol. Of liever gezegd, voor een stuk papier. Daar stond dan op dat je de nieuwe eigenaar was van een tulpenbol. De bloembol zelf kreeg je niet te zien. Die zat nog ergens in de grond. Soms ook bestond die bloembol zelfs helemaal niet. Het was de bedoeling om het papier vervolgens weer te verkopen. Natuurlijk met veel winst, want daar ging het om. Er werden belachelijk hoge prijzen betaald.
Een bedrag van bijvoorbeeld € 1.800 voor één bloembol was helemaal niet ongewoon. Voor zeldzame bloembollen werd soms wel € 6.000 gevraagd! Deze vreemde handel wordt de ‘tulpenwindhandel’ genoemd.
De windhandel in tulpenbollen duurde maar kort: 1634 tot 1637. Toen maakte de regering er een eind aan. Sommige mensen waren in die paar jaar schatrijk geworden. Anderen waren minder gelukkig geweest en hadden al hun bezittingen verloren.
Het waren rare tijden, maar de belangstelling voor bollen was heel groot geworden. Ook in het buitenland en dat is altijd zo gebleven. Het duurde vele jaren voor er in meer tuinen bloembollen kwamen. Ze bleven duur. Pas zo’n honderd jaar geleden veranderde dat. Maar ook daarna bleven bloembollen nog lange tijd iets aparts. Tegenwoordig is dat anders.
Bloembollen zijn niet duur meer en ook niet apart. Ze zijn bovendien overal te koop. Daardoor zie je ze nu in bijna elke tuin.
Terug
Deel deze pagina: